Welkom op onze pagina gericht op lokale mandatarissen!

Lokale mandatarissen zijn belangrijk om lokale instellingen te laten functioneren. Verschillende wetteksten, waaronder recente hervormingen en oudere bepalingen, helpen om hun verantwoordelijkheden, rechten en plichten af te bakenen.

Deze pagina gaat in op de regels voor lokale mandatarissen, met bijzondere aandacht voor de ordonnantie van 6 juli 2022 betreffende de hervorming van het lokaal bestuur en andere bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet, waaronder de beginselen inzake institutionele werking.

Ons doel? U een duidelijk overzicht geven van de verschillende regels die van toepassing zijn op lokale mandatarissen, of het nu gaat om de hervorming van het bestuur of andere principes die de institutionele werking van lokale overheden regelen, zoals de kwestie van "overlopers" of uitstapvergoedingen. Wij geven u een helder overzicht van de rechten, plichten en verantwoordelijkheden van de lokale mandatarissen, evenals directe links naar de referentiewetteksten.

Hervorming van het lokaal bestuur


 

De ordonnantie van 6 juli 2022 introduceerde verschillende maatregelen om de lokale bestuurspraktijken te moderniseren. In het bijzonder richtte ze zich op:.

  1. het minimumbedrag van het presentiegeld dat aan de gemeenteraadsleden wordt toegekend;
  2. het aantal schepenen verminderd met één eenheid per gemeente;
  3. de wedde van de burgemeester nu berekend in verhouding tot een percentage van de federale parlementaire basisvergoeding;
  4. de invoering van een uittredingsvergoeding voor uittredende uitvoerende mandatarissen;
  5. de invoering van een decumulatie tussen de functie van burgemeester en het parlementair mandaat.

 

Deze ordonnantie werd gevolgd door verschillende wetteksten die de bepalingen ervan moesten verduidelijken en uitvoeren:

Meer weten over uittredingsvergoeding?

Bekijk onze FAQ voor een vereenvoudigde uitleg van de geldende regels.

Ontdek hoe de ordonnantie van 6 juli 2022 het lokaal bestuur moderniseert

Ga naar de volledige tekst van de ordonnantie

Werking van lokale instellingen


Enkele belangrijke regels die afbakenen hoe lokale instellingen functioneren zijn afgeleid van andere bepalingen van de Nieuwe Gemeentewet.

Wilt u meer weten over deze bepalingen? Bekijk dan hieronder de referentieteksten.

Bekijk onze infofiche over vervangingen

  • Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 28 maart 2024 tot uitvoering van artikel 82 van de Nieuwe Gemeentewet – Tuchtsancties
  • Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 6 juni 2024 tot vaststelling van een gemeenschappelijk model van deontologische en ethische code die van toepassing is op de lokale mandatarissen: dit niet-bindende model is ruim geformuleerd zodat de Brusselse gemeenten met een transversale blik naar de regels kunnen kijken die op gemeentelijk niveau kunnen worden toegepast.

Ontdek het model

 

  • De kwestie van de "overlopers", de lokale mandatarissen die tijdens hun mandaat van politieke kleur veranderen, kan vragen oproepen. In deze infofiche zet Brussel Plaatselijke Besturen de vier hypothesen uiteen die concreet in de NG kunnen worden voorgesteld.

Een gemeenteraadslid verlaat tijdens de legislatuur zijn of haar oorspronkelijke politieke fractie. Wat nu?

Ontdek vier concrete hypothesen

Uittredingsvergoeding voor lokale uitvoerende mandatarissen

Moeten uittredende mandatarissen de uittredingsvergoeding expliciet aanvragen ?

Ja, ze moeten een aanvraag indienen.

Het recht ontstaat aan het einde van het uitvoerend mandaat, mits aan de voorwaarden is voldaan. Als de titularis van het mandaat dat ten einde loopt niet onmiddellijk een uittredingsvergoeding aanvraagt, maar deze later aanvraagt, heeft hij toch recht op deze vergoeding voor de voorafgaande maanden, op voorwaarde dat hij voor elk van deze maanden ook aan de vereiste voorwaarden voldeed.

Het recht op de uittredingvergoeding gaat in op de datum van beëindiging van het mandaat en niet op de datum van de aanvraag van de vergoeding.

Is er een model van een verklaring op erewoord beschikbaar?

Een model van de verklaring op erewoord is beschikbaar op de website van BPB.

Click hier 

Moet de uittredende mandataris een C4 (werkloosheidsbewijs) krijgen van de gemeente?

Nee

Is de uittredende mandataris verplicht zich in te schrijven als werkzoekende? Is deze verplicht een werkloosheidsuitkering aan te vragen?

Nee, in de Brusselse regelgeving is er in het kader van de uittredingsvergoeding niet vastgesteld dat gewezen mandatarissen zich verplicht moeten inschrijving als werkzoekende, noch dat zij een werkloosheidsuitkering moeten aanvragen. Uittredende mandatarissen vallen in dit kader terug op de federale regels.

Moet de uittredende mandataris, die andere inkomsten ontvangt, het brutobedrag vermelden in de verklaring op erewoord?

In de verklaring op erewoord worden de brutobedragen vermeld.

Is de maandelijkse uittredingsvergoeding onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen?

Alleen de wettelijk vastgelegde mandatariswedde van de lokale mandataris is onderworpen aan socialezekerheidsbijdragen. Uittredingsvergoedingen worden door de RSZ niet beschouwd als de met het ambt verbonden wedde en zijn niet onderworpen aan socialezekerheidsbijdragen.

Is de maandelijkse uittredingsvergoeding onderworpen aan pensioenbijdragen?

Er worden geen pensioenbijdragen ingehouden op de uittredingsvergoeding. De uittredingsvergoeding telt dus ook niet mee voor de pensioenopbouw.

Is dit bedrag belastbaar? Zo ja, als gewone inkomsten of toevallige toelagen?

De uittredingsvergoeding is een vervangingsinkomen en wordt dus beschouwd als beroepsinkomen waardoor deze  aan dezelfde regels onderworpen is. Ze is belastbaar door de FOD Financiën.  

Wat betreft de laatste vraag, heeft de FOD Financiën  het volgende geantwoord aan de Vlaamse Overheid (die een gelijkaardige wetsbepaling heeft met betrekking tot het toekennen van een uittredingsvergoeding aan lokale mandatarissen):

“De uittredingsvergoedingen die, overeenkomstig artikel 14, van het besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris, aan de lokale uitvoerende mandatarissen worden uitbetaald, zijn aan te merken als in artikel 31, tweede lid, 4°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92), bedoelde vergoedingen verkregen tot volledig of gedeeltelijk herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen.

Het is daarbij van geen belang of de uittredingsvergoedingen geheel dan wel gedeeltelijk (omwille van het genot van andere beroepsinkomsten) aan de uitgetreden lokale uitvoerende mandataris worden betaald.

Het bedrag van de uittredingsvergoedingen is belastbaar tegen het progressief tarief.

Moeten presentiegelden die mandatarissen ontvangen in het kader van politieke mandaten worden vermeld in de maandelijkse inkomstenaangifte in de verklaring op erewoord voor de gemeente ?

Presentiegelden worden niet aanzien als een vorm van beroeps- of vervangingsinkomen.

Is de vergoeding gebaseerd op de netto- of brutowedde?

Het gaat om brutobedragen die door de FOD Financiën als belastbaar inkomen worden beschouwd.

Worden het vakantiegeld en eindejaarstoelage meegerekend in de brutomaandwedde?

Nee. Het totale bedrag van de uittredingsvergoeding waarop de uittredende mandataris aanspraak kan maken, wordt vastgesteld op basis van de laatst ontvangen jaarwedde in het laatst uitgeoefende mandaat. Die laatst ontvangen jaarwedde komt neer op het totaal van brutomaandwedden van het laatste mandaatjaar, exclusief vakantiegeld en eindejaarstoelage.

Hoe zit het met voordelen in natura die je daarnaast ontvangt? Moeten die ook worden aangegeven?

Nee

Hoe wordt de periode berekend waarin mandatarissen recht hebben op de vergoeding? Gaat het om gestarte jaren of volledige jaren?

Als de mandataris zijn ambt een volledige legislatuur heeft uitgeoefend, heeft hij deze 6 jaar uitgeoefend, ongeacht de datum waarop hij of zij beëdigd werd.

Indien de installatie van de gemeenteraad van de vorige legislatuur iets later plaats vond dan de installatie van de nieuwe gemeenteraad, moet deze periode dus beschouwd worden als 6 volledige jaren voor de berekening van de uittredingsvergoeding.

Als het mandaat echter afloopt tijdens de zittingsperiode, wordt de vergoeding pro rata temporis berekend voor het onvolledige jaar.   

Wordt er enkel rekening gehouden met het volledig aantal gepresteerde jaren voor de berekening van de uittredingsvergoeding? Wat als de mandataris gedurende 2 jaar en 6 maanden schepen of burgemeester is geweest?

Voor de berekening van de uittredingsvergoeding tellen de effectief gepresteerde jaren én maanden mee. 

Er dient in dat geval te worden overgegaan tot een pro rata berekening.

Wat indien er slechts 1 tot 3 dagen tussen de beëindiging van het ene mandaat en de opname van een ander mandaat zit. Wordt dat beschouwd als “opeenvolgende mandaten”?

Ja, dit wordt als opeenvolgende mandaten beschouwd.

Wat indien een mandataris verhinderd of geschorst is? Heeft dat als gevolg dat de periode van het mandaat onderbroken is?

Een uitvoerend mandataris kan tijdelijk verhinderd zijn, maar dit betekent niet dat het mandaat waartoe men verkozen is, beëindigd werd. Hier is dan ook geen sprake van een onderbroken periode tussen twee mandaten. Wanneer men verhinderd is (ongeacht de reden) blijft men immers die volledige periode aaneensluitend titelvoerend mandataris.